50 jaar wordt je niet zomaar. Daarvoor heb je leden nodig met passie voor de sport en liefde voor de club. Leden die zich vrijwillig inzetten om de vereniging draaiende te houden. Sommige van die vrijwilligers hebben zich in de afgelopen 50 jaar op een uitzonderlijke manier ingezet voor de vereniging. Deze leden zijn daarvoor benoemd tot lid van Verdienste of Erelid van de vereniging. Eén van die vrijwilligers was Jan Baijens. Al voor de fusie van Neptunus en Roda in 1971 was Jan Baijens al actief bij de vereniging als speler en later als trainer, scheidsrechter en bestuurder.
Eigenlijk is hij altijd vrijwilliger gebleven. Zo is hij 14 jaar lang voorzitter geweest, ruim 40 jaar scheidsrechter, trainer/coach van diverse teams en actief geweest in verschillende werkgroepen, waaronder de sponsorcommissie, de bouw van de kantine, en het 40-jarig jubileum.
Ook nadat hij officieel al gestopt was als bestuurslid, was hij altijd bereid om te helpen als dat nodig was. Hij was voor menig bestuurder na hem een vraagbaak en raadgever. Tijdens zijn laatste jaren was hij meerdere keren per week op de vereniging te vinden om de seniorenteams te zien spelen en met een vaste groep (oud)leden een biertje te drinken.
Als bestuur vinden wij het belangrijk dat nieuwe generaties weten hoe belangrijk het is om zulke leden binnen je vereniging te hebben en wat Jan, als meer dan 60-jarig lid, voor de vereniging heeft betekend was veelomvattend. Om hem, als verenigingsman in hart en nieren, iemand die jarenlang alles heeft gedaan voor de vereniging, te bedanken is het plein voor de kantine omgedoopt tot het Jan Baijensplein.
Hieronder volgt een stuk uit een oude Roddel waarin Jan zelf aan het woord is in de toen vaste rubriek: Onder de lat met…
Roddel Oktober 2013
Onder de lat met… Jan Baijens
Dat is nu net iets wat ik nooit geambieerd heb om zelf onder de lat te staan bij het handbalspelletje. Van de handbalvereniging Roda ’71 en haar voorganger Roda heb ik een groot gedeelte als lid meegemaakt. Bij Roda, opgericht door Tante Bep Dobber-Venix in 1948, ben ik dacht ik in 1957 lid geworden. Dit was na mijn verhuizing van de Linker Rottekade naar de Zwart Janstraat. Daar ben ik bevriend geraakt met Freek Kers die bij Roda handbalde. We trainden op Laag Zestienhoven waar we ook onze elfhandbal-wedstrijden speelden. Daarnaast trainden we in de gymzaal Vrijebantsestraat.
Elfhandbal, wie kent dit nog. Spelend op een veld met de grootte van een voetbalveld met dezelfde doelen. Het veld was verdeeld in 3 vakken. Verdedigend en aanvallend mocht je maar met 6 aanvallers en verdedigers dit vak betreden. Schieten op doel moest ook van buiten een cirkel, deze was echter op 13 meter van het doel i.p.v. de huidige 6 meter.
Ook in de winter werd doorgespeeld.
Het zaalhandbal deed zijn intrede. Rotterdam had één sporthal. Dit was de Energiehal gelegen achter Museum Boijmans van Beuningen en had 3 velden. Omdat er maar 1 hal was werden alle “Rotterdamse” wedstrijden hier gespeeld. De onderlinge band met de verenigingen in het Rotterdamse was groot. Merendeels van de speeldagen was je in de Energiehal van de eerste tot de laatste wedstrijd. Maar toen hadden de meeste mensen nog niet zo veel om handen en bleven in de hal.
Het elfhandbal ging langzaamaan ten onder nadat ook het 7-handbal op gras zijn intrede had gedaan. Maar om het 7-handbal buiten het meest vergelijkbaar te maken met zaalhandbal was een verharde ondergrond noodzakelijk. Handbalvereniging Atomium was de eerste Rotterdamse vereniging die zich terugtrok uit de “grascompetitie” en aan de Sparrendaal ging spelen op een bitumenveld. In de jaren daarna volgden ook de andere verenigingen.
In de bijna 60 jaar die ik bij de handbalvereniging Roda en Roda ’71 betrokken ben, heb ik bijna altijd wel iets voor Roda/Roda ‘71 en het NHV gedaan. Voor het NHV zat ik in de Afdeling Scheidsrechters Commissie en in de Straf- en Protest Commissie. Voor de verenigingen Roda/Roda ’71; voorzitter, voorzitter T.C., scheidsrechter (50 jr), clubblad, stukjes schrijven in de wijkkrant, bouwcommissie nieuwbouw, onderhoudscommissie, jubileumcommissie, fusiecommissies, etc. Ik heb mij nooit verveeld.
Vandaar dat ik ook nog een beetje trots ben, om aan het eind van het traject na het stoppen als scheidsrechter, nog iets heb kunnen doen aan de renovatie van ons clubgebouw. Ik denk dat wij nog steeds zeer trots kunnen zijn op ons gebouw dat in het begin van de jaren ’80 is gerealiseerd. Maar alles doe je natuurlijk als je het in een vereniging naar je zin hebt. Ik heb altijd gespeeld in een team dat inzet toonde, met een goede onderlinge verstandhouding en een hoog vriendengehalte. De basis voor een goed resultaat. En deze heb ik vele gekend.
Beginnend met mijn juniorjaren (aardig poosje terug) en wij met Snelwiek tot de sterkste juniorteams van Rotterdam behoorde. Na mijn overgang naar de senioren, die ik samen met Theo van Tilborgh begon, het succes van de jarenlange kampioenschappen. Roda speelde in de 2e klasse Afdeling. Na Theo en ik volgden in de jaren erna de andere junioren die over moesten naar de senioren. Met het team dat wij toen kregen i.c.m. de “oude rotten” promoveerden wij naar de 2e Divisie. Ik denk daar nog steeds met veel plezier aan terug.
Dit is ook een van de redenen waarom ik nog steeds bij Roda ’71 rondloop. Roda/Roda ’71 beslaat een groot deel van mijn leven, met vele vrienden en mooie herinneringen. De liefde voor handbal is daarom denk ik ook terug te vinden bij mijn kinderen en kleinkinderen. Het spelletje vind ik nu nog steeds leuk en aantrekkelijk. Daarom zit of sta ik dan ook nog steeds regelmatig langs de lijn.